Hoge Raad over toepassing uitzendbeding bij ziekte

Douwe de Haan

Arbeidsjurist

Medio deze maand heeft de Hoge Raad duidelijkheid gegeven over het toepassen van het uitzendbeding bij zieke uitzendkrachten. De Hoge Raad maakt duidelijk dat beëindiging van de uitzendovereenkomst van zieke werknemers niet in strijd is met het opzegverbod bij ziekte. Daarbij geldt wel de voorwaarde dat de opdrachtgever daadwerkelijk een verzoek doet tot beëindiging van de terbeschikkingstelling.  

Uitzendbeding 

De regels over het toepassen van het zogenoemde uitzendbeding zijn in de wet vastgelegd. In de praktijk heeft dat tot gevolg dat de uitzendovereenkomst waarin het uitzendbeding is opgenomen per direct kan worden opgezegd als de opdrachtgever de inleenovereenkomst opzegt. Op grond van de wet kan het uitzendbeding gedurende 26 weken worden toegepast. In de cao voor Uitzendkrachten is deze termijn uitgebreid tot 52 weken.  

Toepassing bij ziekte 

Als gevolg van een uitspraak van het Gerechtshof Den Haag ontstond in de achterliggende jaren onduidelijkheid over de vraag of het uitzendbeding toegepast kan worden bij een werknemer die ziek is. In de cao is de bepaling opgenomen dat er bij ziekte van een uitzendkracht vanuit wordt gegaan dat de opdrachtgever de desbetreffende inleenovereenkomst heeft opgezegd. Het gerechtshof achtte deze werkwijze in strijd met het opzegverbod bij ziekte.  

Uitspraak Hoge Raad 

De Hoge Raad heeft in haar uitspraak van 17 maart 2023 duidelijk gemaakt dat het uitzendbeding ook ten aanzien van zieke werknemers kan worden toegepast. Het gebruik van het uitzendbeding is, naar het oordeel van de Hoge Raad, niet in strijd met het opzegverbod. Tegelijkertijd stelt de Hoge Raad dat de fictiebepaling uit de cao niet rechtsgeldig is. Concreet betekent dat het volgende: een uitzendorganisatie mag de uitzendovereenkomst met een zieke werknemer per direct opzeggen als de opdrachtgever de inleenovereenkomst daadwerkelijk heeft opgezegd.  

Onderhandelingsakkoord 

Eind december sloten de ABU en NBBU een onderhandelingsakkoord met de vakbonden over een nieuwe cao. Eén van de belangrijkste afspraken heeft betrekking op de toepassing van het uitzendbeding bij zieke werknemers. De cao-partijen spraken af dat het per 1 juli 2023 niet meer mogelijk is om de uitzendovereenkomst van een zieke werknemer te beëindigen met een beroep op het uitzendbeding, ook niet als de opdrachtgever de inleenovereenkomst opzegt. In het licht van de uitspraak van de Hoge Raad kan gesteld worden dat de cao-afspraak die per 1 juli gaat gelden beperkter is dan de ruimte die de Hoge Raad heeft vastgesteld.  

Gevolgen voor de praktijk 

De uitspraak van de Hoge Raad leidt er dus toe dat uitzendwerkgevers de uitzendovereenkomst met een zieke werknemer uitsluitend kunnen beëindigen na een actieve opzegging van de inleenovereenkomst vanuit de opdrachtgever.  

Vanaf 1 juli 2023 moeten uitzendwerkgevers de nieuwe cao-bepalingen over het beëindigen van uitzendovereenkomsten toepassen. De nieuwe cao-teksten die per 1 juli 2023 effectief worden zijn medio maart door ABU en NBBU gepubliceerd.  

Vragen naar aanleiding van bovenstaande informatie? Dan kun je contact opnemen met je contactpersoon bij Florys. Natuurlijk kun je ook bellen met ons algemene nummer 0184-208208 of een mail sturen naar info@florys.nl.