De twee brancheverenigingen in de uitzendsector, de ABU en NBBU, hebben onlangs in overleg met werknemerspartijen afspraken gemaakt over wijzigingen in de twee uitzendcao’s. In dit artikel lichten we deze wijzigingen toe.
25 vakantiedagen
Vanaf 1 januari 2018 hebben uitzendkrachten op wie de ABU-cao van toepassing is recht op 25 vakantiedagen per jaar, in plaats van de huidige 24 dagen. Uitzendkrachten op wie de NBBU-cao van toepassing is houden recht op 24 dagen.
Beschikbaarheid uitzendkracht
In de nieuwe tekst van de cao’s wordt daarnaast duidelijk(er) gemaakt hoeveel de uitzendkracht beschikbaar moet zijn. De uitzendkracht mag ergens anders gaan werken, tenzij hij bij zijn uitzendbureau heeft aangegeven bij dat hij beschikbaar is. Dan moet wel duidelijk zijn op welke dagen, tijdstippen en voor welk aantal uren hij beschikbaar zou zijn.
In sommige uitzendovereenkomsten is een loondoorbetalingsverplichting opgenomen. De uitzendkracht krijgt dan altijd een bepaald aantal uur betaald, ongeacht het feit of er werk voor hem is. Hij geeft dan aan het begin van zijn dienstverband aan op welke momenten hij beschikbaar is voor werk. In de nieuwe tekst van de cao’s staat dat de werknemer zijn beschikbaarheid op een later moment kan wijzigen. Daarbij geldt de voorwaarde dat de werknemer voor het afgesproken aantal uur beschikbaar blijft.
Boetes arbeidsmigranten
Binnen de huidige cao’s kunnen boetes van een arbeidsmigrant onder bepaalde voorwaarden worden verrekend met het loon. Hier wordt in de praktijk misbruik van gemaakt. Er worden soms allerlei onduidelijke boetes opgelegd door uitzendbureaus. Daarom is het verrekenen van boetes met het loon vanaf 1 januari 2018 niet meer mogelijk. De enige uitzondering hierop zijn verkeersboetes die de arbeidsmigrant heeft veroorzaakt.
Inlenersbeloning
De overige wijzigingen in de cao’s hebben te maken met de inlenersbeloning. Door de cao-wijzigingen moeten uitzendondernemingen beter in staat worden gesteld om de inlenersbeloning correct toe te passen.
Proces
Iedere uitzendonderneming moet een beschrijving maken van het proces waarmee de inlenersbeloning wordt vastgesteld. De procesbeschrijving heeft geen verplichte vorm.
Schriftelijke bevestiging
De uitzendkracht moet bij iedere terbeschikkingstelling een schriftelijke bevestiging ontvangen, waarin in ieder geval het volgende wordt vermeld:
- de verwachte ingangsdatum
- de naam en contactgegevens van de opdrachtgever, waaronder een eventuele contactpersoon en werkadres
- het aantal uur dat hij wekelijks zal werken
- de verwachte einddatum van de uitzending (indien van toepassing)
- de toepasselijke cao/beloningsregeling
- het bruto feitelijk (uur)loon
- de ADV-compensatie die van toepassing is
- de toeslagen voor overwerk en/of verschoven uren die van toepassing zijn
- de toeslag voor onregelmatigheid (waaronder feestdagentoeslag) die van toepassing is
- de ploegentoeslag die van toepassing is
- de reiskostenvergoeding die van toepassing
- overige kostenvergoedingen die van toepassing zijn
Aanpassing met terugwerkende kracht
De inlenersbeloning kan alleen met terugwerkende kracht worden aangepast als sprake is van één van de volgende situaties:
- een opzettelijk verkeerd berekende inlenersbeloning of duidelijk misbruik daarvan;
- de uitzendonderneming heeft zich aantoonbaar niet ingespannen om een correcte inlenersbeloning vast te stellen;
- de uitzendonderneming heeft de uitzendkracht niet schriftelijk op de hoogte gesteld van de punten die hiervoor zijn opgesomd.
Afsluiting
Het merendeel van de bovenstaande wijzigingen wordt vanaf 1 januari 2018 van kracht. Een uitzondering hierop vormen alle wijzigingen met betrekking tot de inlenersbeloning in de NBBU-cao, deze worden vanaf 1 juli 2018 van kracht. Het is belangrijk dat iedere uitzendonderneming zich van de wijzigingen bewust is en zo nodig aanpassingen maakt in haar processen.