Douwe de Haan

Arbeidsjurist

Op vrijdag 17 maart jl. heeft de Hoge Raad de, inmiddels overbekende, uitspraak gedaan over de toepassing van het uitzendbeding bij ziekte. In reactie op deze uitspraak hebben de ABU en NBBU in overleg met de vakbonden enkele aanpassingen doorgevoerd in de uitzend-cao.  

Uitspraak Hoge Raad 

In maart schreven we dit blog over de uitspraak van de Hoge Raad. Deze uitspraak maakte aanpassing van een paar artikelen in de uitzend-cao onvermijdelijk. Inmiddels hebben de cao-partijen daarover afspraken gemaakt. De aanpassingen gelden met terugwerkende kracht vanaf 17 maart 2023.  

Aanpassingen in uitzend-cao 

In het huidige artikel 15 lid 1 sub b is de door de Hoge Raad gewraakte fictiebepaling opgenomen. Door de Hoge Raad is bepaald dat de fictie dat de uitzendovereenkomst automatisch eindigt in geval van arbeidsongeschiktheid nietig is. Dit betekent dat de tekst van artikel 15 lid 1 aangepast moest worden. Artikel 15 lid 1 luidt met ingang van 17 maart 2023 als volgt: 

Artikel 15 Einde van de uitzendovereenkomst
Einde van de uitzendovereenkomst met uitzendbeding 

1. De uitzendovereenkomst met uitzendbeding eindigt:
a.  van rechtswege doordat de opdrachtgever om welke reden dan ook de uitzendkracht niet langer wil of kan inlenen, of, 
b.  doordat de uitzendkracht om welke reden dan ook de bedongen arbeid niet langer wil verrichten.  
  

Artikel 25 gaat over de betaling van loon tijdens ziekte. In dit cao-artikel werd tot 17 maart 2023 verwezen naar artikel 15. Om die reden is ook de tekst van dit artikel aangepast. Artikel 25 lid 2 luidt met ingang van 17 maart 2023 als volgt:

2. Als de uitzendovereenkomst met uitzendbeding bij het intreden van arbeidsongeschiktheid op verzoek van de opdrachtgever eindigt of de uitzendkracht arbeidsongeschikt uit dienst gaat op de overeengekomen einddatum van de uitzendovereenkomst, dan vult de uitzendonderneming als de uitzendkracht recht heeft op een ziektewetuitkering, deze uitkering: 
- gedurende de eerste 52 weken van arbeidsongeschiktheid aan tot 90% van het op basis van het dagloonbesluit werknemersverzekering vastgestelde uitkeringsdagloon; 
gedurende de 53ste t/m de 104e week van arbeidsongeschiktheid aan tot 80% van het op basis van het dagloonbesluit werknemersverzekering vastgestelde uitkeringsdagloon. 
Als de uitzendovereenkomst niet van rechtswege eindigt bij arbeidsongeschiktheid, dan heeft de uitzendkracht recht op loondoorbetaling op grond van lid 6 van dit artikel. 

Vragen naar aanleiding van bovenstaande informatie? Dan kun je contact opnemen met je contactpersoon bij Florys. Natuurlijk kun je ook bellen met ons algemene nummer 0184-208208 of een mail sturen naar info@florys.nl