Naleving Wet op de ondernemingsraden onvoldoende

July 4, 2024

Van de OR-plichtige ondernemingen heeft 31% geen ondernemingsraad (OR) ingesteld. In een brief van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer benadrukt zij dat de Wet op de Ondernemingsraden (WOR) onvoldoende wordt nageleefd en dat dat moet worden verbeterd. De minister wil hiervoor beleidsmaatregelen invoeren. In dit artikel gaan we verder in op de OR-plicht voor werkgevers.   


Achtergrond  

Uit onderzoek blijkt dat 69% van de OR-plichtige ondernemers aan deze wettelijke plicht voldoet. De minister vindt dit percentage onvoldoende en onacceptabel. Zij stelt dat werkgevers zich niet houden aan de wet waardoor werknemers geen gebruik kunnen maken van hun grondwettelijke recht op medezeggenschap. Daarnaast schiet een werkgever zonder OR ook tekort bij de uitvoering van andere wet- en regelgeving, zoals de Arbowet. De minister werkt daarom aan het ontwikkelen van beleidsinstrumenten om de naleving van de WOR te bevorderen. Deze maatregelen worden gericht op het stimuleren van werkgevers en werknemers, maar ook op het verhogen van de druk op werkgevers die niet aan de wet voldoen. De beleidsinstrumenten worden naar verwachting begin 2025 aan de Tweede Kamer gepresenteerd. 


Ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging   

De verplichting om een OR in te stellen geldt voor alle organisaties waarbij 50 of meer medewerkers in dienst zijn. Ook organisaties met minder dan 50 medewerkers kunnen een OR instellen. In plaats daarvan kunnen dergelijke organisaties een personeelsvertegenwoordiging (PVT) instellen. Wanneer een meerderheid van de werknemers om een PVT vraagt, dient de werkgever aan deze wens gehoord te geven. 


OR-plicht voor werkgevers 

De verantwoordelijkheid voor het instellen van een OR ligt bij de werkgever. Uit onderzoek blijkt dat de werknemers niet altijd op een OR zitten te wachten. Het is dan aan de werkgevers om de werknemers te motiveren en zich in te spannen voor het oprichten van een OR. Uit een vervolgonderzoek blijkt dat het motiveren van werknemers op verschillende manieren kan worden aangepakt en dat werkgevers op een drietal vlakken tekortschieten. 

  • Communicatie: een deel van de werkgevers levert niet of nauwelijks inspanningen om de werknemers bewust te maken van de mogelijkheden om een OR op te richten. 
  • Behoefte peilen: uit gesprekken blijkt dat sommige werkgevers niet (voldoende) onderzoeken of werknemers daadwerkelijk geen behoefte hebben aan een OR. Ze zien een gebrek aan initiatief als voldoende bewijs en reden om geen OR op te richten.
  • Motiveren: werkgevers verschillen in hun aanpak om werknemers te motiveren – of juist demotiveren – om initiatief te tonen voor de oprichting van een OR. Zo overtuigen sommige werkgevers hun werknemers ervan dat het oprichten van een OR niet in hun voordeel zal werken. 


OR en flexwerkers 

Naast het voorgaande is de minister van mening dat de betrokkenheid van flexwerkers bij de OR en van de OR bij flexwerk(ers) onvoldoende is. Terecht wordt gesteld dat de afwezigheid van deze betrokkenheid samenhangt met de aard van flexwerk. Het recent uitbreiden van het actieve kiesrecht voor uitzendkrachten heeft vermoedelijk wel effect gehad op de aandacht die de OR heeft voor flexbeleid. Ook wanneer flexwerkers niet zelf in de OR plaatsnemen, moeten ze wel bij de medezeggenschap betrokken te worden, zodat de OR meer oog heeft voor de belangen van flexwerkers. 


Meer weten over dit onderwerp? Neem contact op via onderstaande knop

Contact
By Richard Florys July 22, 2025
Eens in de 15 jaar actualiseert de Kamer van Koophandel de SBI-codes. Dat is nu in 2025 opnieuw aan de orde. In dit bericht leggen wij uit wat dit voor jou als ondernemer betekent. Wat is een SBI-code? Ieder bedrijf dat zich inschrijft in het Handelsregister krijgt één of meer SBI-codes. Een SBI-code is een getal van vier of vijf cijfers en geeft aan wat de activiteit van een bedrijf of organisatie is. Als bedrijf omschrijf je zelf wat je doet en daarna geeft de KVK je de bijbehorende SBI-code. Voor elke bedrijfsactiviteit krijg je dan een aparte SBI-code. Wijziging per 2025 In september 2025 staat de wijziging van SBI-codes gepland. Dit betekent dat SBI-codes kunnen veranderen en dat er nieuwe codes bijkomen. Op basis van je bedrijfsactiviteiten wordt bepaald welke nieuwe codes voor je onderneming gaan gelden. Het is van belang om te controleren of de gegevens die in het Handelsregister staan actueel zijn. Als je bedrijfsactiviteiten veranderen, moet je deze wijzigingen doorgeven aan de KVK. Het is dan de bedoeling om kort, bondig én duidelijk te omschrijven wat je doet als bedrijf. Als de KVK besluit om je SBI-code(s) aan te passen, wordt mogelijk aanvullende informatie bij je opgevraagd. Wat betekent de wijzing voor jou als organisatie? Wil je weten wat je SBI wordt vanaf september, dan is het mogelijk om via de site van de KVK de zoekmachine te gebruiken. Vanaf september is het nieuwe overzicht ook inzichtelijk op KVK.nl. Daar is ook het zogenoemde ‘schakelschema’ te vinden waar de oude en nieuwe codes worden vermeld. Er wordt bij organisaties op verschillende manieren gebruik gemaakt van de SBI-codes. Ga dus na voor welke gebieden deze wijziging invloed heeft voor jouw organisatie; denk daarbij bijvoorbeeld aan verzekeringen op basis van SBI-codes of financieringen, vergunningen of subsidies. Wij raden daarom aan om voor jouw bedrijf na te gaan of er SBI-codes wijzingen. Vragen naar aanleiding van bovenstaande informatie? Dan kun je contact opnemen met je contactpersoon bij Florys. Natuurlijk kun je ook bellen met ons algemene nummer 0184-208208 of een e-mail sturen naar info@florys.nl .
By Richard Florys July 22, 2025
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft medio juli de aangepaste zzp-wet gepubliceerd: het wetsvoorstel verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (VBAR). Deze wet moet meer duidelijkheid geven over de kwalificatie van werkrelaties en biedt handvatten voor het beoordelen van schijnzelfstandigheid. Voor uitzendondernemers en intermediairs die werken met zzp’ers is het belangrijk om te weten wat er verandert en hoe je je hierop kunt voorbereiden. Drie hoofdelementen van de nieuwe wetgeving De aangepaste zzp-wet bestaat uit drie pijlers: Invoering van een rechtsvermoeden van werknemerschap bij een laag uurtarief Als een zzp’er minder dan 36 euro per uur verdient én er sprake is van structurele ondergeschiktheid of inbedding in de organisatie, dan wordt vermoed dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. De bewijslast ligt dan bij de opdrachtgever om aan te tonen dat er géén sprake is van werknemerschap. Verduidelijking van het gezagscriterium De wet verduidelijkt wanneer er sprake is van gezag, bijvoorbeeld als de opdrachtgever bepaalt hoe het werk moet worden uitgevoerd, of als de zzp’er werkt onder toezicht of leiding. Dit criterium is cruciaal bij het beoordelen van de arbeidsrelatie. Invoering verwacht per juli 2026 De minister streeft ernaar dat het wetsvoorstel per juli 2026 wordt ingevoerd. Er is niet voorzien in overgangsrecht, zodat de nieuwe regels direct voor alle situaties van toepassing zijn. Vijf criteria voor het aannemen van werknemerschap Het wetsvoorstel introduceert vijf criteria die gezamenlijk bepalen of er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Deze zijn: Werkinhoudelijke aansturing : de opdrachtgever bepaalt hoe het werk moet worden uitgevoerd. Organisatorische inbedding : de werkzaamheden zijn onderdeel van de kernactiviteiten van de organisatie. Geen ondernemersrisico : de opdrachtnemer loopt geen financieel of commercieel risico. Geen eigen investering : er is geen sprake van substantiële investeringen in bijvoorbeeld gereedschap, materiaal of marketing. Geen eigen concurrentiepositie : de opdrachtnemer bouwt geen eigen klantenkring op en profileert zich niet zelfstandig op de markt. Als aan meerdere van deze criteria wordt voldaan, is de kans groot dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst. Criteria voor zelfstandig ondernemerschap Om als zelfstandig ondernemer te worden aangemerkt, moet een opdrachtnemer aan meerdere kenmerken voldoen: Financiële risico’s : deze dienen bij de zzp’er te liggen evenals de verantwoordelijkheid voor de resultaten van de werkzaamheden. Herkenbare en zelfstandige uitvoering van de werkzaamheden: de zzp’er dient bij de uitvoering van de werkzaamheden als zzp’er herkenbaar te zijn. Specifieke kennis : de zzp’er dient te beschikken over specifieke kennis, werkervaring of vaardigheden die niet structureel aanwezig zijn in de onderneming van de opdrachtgever. Opdracht van beperkte omvang : de opdracht is voor korte duur en/of een beperkt aantal uren. Kenmerken van ondernemerschap : er dienen kenmerken te zijn die wijzen op ondernemerschap van de zzp’er voor soortgelijke werkzaamheden (extern ondernemerschap). Wat betekent dit voor jou als uitzendondernemer of bemiddelaar? Werk je met zzp’ers in de bemiddeling, dan is het belangrijk om je processen en overeenkomsten opnieuw tegen het licht te houden. Denk aan: Het beoordelen van uurtarieven en de mate van zelfstandigheid; Het aanpassen van modelovereenkomsten; Het heroverwegen van de inzet van zzp’ers in functies met veel aansturing of inbedding; Het trainen van recruiters en accountmanagers in het herkennen van risico’s op schijnzelfstandigheid. Alternatief: Zelfstandigenwet De politieke partijen VVD, D66, CDA en SGP in de Tweede Kamer hebben gezamenlijk een wetsvoorstel geschreven: de Zelfstandigenwet. Ook dit wetsvoorstel beoogt de positie van zzp’ers te verduidelijken. Onduidelijk is op dit moment nog welke van deze twee wetsvoorstellen een meerderheid zal krijgen. De kans is groot dat elementen uit beide voorstellen samengevoegd zullen worden tot één wetsvoorstel. Als je naar aanleiding van bovenstaande informatie vragen hebt, kun je contact opnemen met je contactpersoon bij Florys. Je kunt ook bellen met ons algemene nummer 0184-208208 of een e-mail sturen naar info@florys.nl.