Rindert de Kooter

Partner
Florys Financieel & Fiscaal

Vanuit de Alblasserwaard naar huis rijdend, hoor ik op de radio delen van het Kamerdebat over de afschaffing van de dividendbelasting. “Welk debat?”, hoor ik u vragen. Het eerste, tweede of derde debat? De tussenstand bij het schrijven van dit stuk is het derde debat, maar dat nog meer debatten zullen volgen is helder.

De gemoederen in de Tweede Kamer lopen ondertussen op, want duidelijk is wel dat niet alle partijen in de Kamer zich kunnen vinden in onze visie “oplossingen die samen werken”. Kreten als “Palermo aan Zee”, duidend op vermeende Haagse maffiapraktijken, en het PVV-verzoek om minister Ollongren voor 30 jaar op te sluiten, zijn de afgelopen jaren niet in elk debat over belastingen voorbij gekomen. Na intensieve politieke beschietingen en langdurig aftasten, is het toch gelukt om een coalitie te vormen.

Welke oplossingen de samenwerkende partijen voor Nederland bedacht hebben, is opgetekend in het regeerakkoord dat op 10 oktober jongstleden gepresenteerd werd. Na jaren van relatieve fiscale rust, lijkt in deze kabinetsperiode het stof van de belastingwetten geblazen te worden. In hoofdstuk 2.1 wordt eerst aandacht besteed aan de arbeidsmarkt, tijdelijke contracten, ontwikkelingen rond payrolling etc., het werkgebied van onze arbeidsrechtcollega’s dus. Daarna wordt het voor de fiscalisten in Nederland ook spannend.

Wat staat ons te wachten?

Na benoeming van belangwekkende zaken als “ruimte voor ondernemers” valt de aandacht op een passage over “concurrerend vestigingsklimaat”. Verlaging van de vennootschapsbelasting en afschaffing van de dividendbelasting zijn in het oog springende, concrete maatregelen. Ook de verlaging van de zelfstandigenaftrek en het voornemen om binnen de vennootschapsbelasting verliesverrekening te beperken, worden genoemd. Verderop in het regeerakkoord wordt duidelijk wat deze maatregelen precies inhouden.

Een daling van het vennootschapsbelastingtarief van 20% naar 16% en van 25% naar 21% per 2021 moet Nederland internationaal aantrekkelijk houden. Tegelijkertijd wordt gesproken over “verbreding van de belaste grondslag”, oftewel: beperking van fiscale vrijstellingen waardoor de belastbare winst hoger wordt. Verhoging van het box 2-tarief van 25% naar 28,5% in 2021 maakt, dat het fiscaal niet aantrekkelijker wordt om DGA te worden. En passant krijgt u stof tot nadenken aangeboden. Wat wordt het dividendbeleid wat u de komende jaren zou willen voeren als dit plan wordt omgezet in een wet?

Aangezien niet alle inwoners van de Alblasserwaard getroffen worden door internationale BV-structuren, lezen we verder in het regeerakkoord: in 2021 mogen wij ons verheugen in lagere tarieven bij de inkomstenbelasting! Waar nu sprake is van vier heffingsschijven, wordt de heffing vereenvoudigd naar twee schijven (36,95% en 49,5%). Door verhoging van heffingskortingen beoogt de coalitie verhoging van het netto-inkomen voor iedereen, vooral voor (buitenshuis) werkenden. Uiteraard moet iemand de rekening betalen voor de lagere belastingheffing op inkomen. En “iemand” zijn we uiteindelijk allemaal.

Ervan uitgaande dat het netto-inkomen inderdaad wat stijgt, betaalt u bij het uitgeven van dit inkomen meer belasting doordat het lage tarief uit de omzetbelasting van 6% naar 9% stijgt. Deze verhoging treft alle eerste levensbehoeften (concreet: supermarktaankopen), waardoor dit een effectieve maatregel is om belastingen richting de schatkist te halen. Daarnaast wordt vanaf 2020 de hypoteekrenteaftrek in vier jaar met 3% per jaar afgebouwd, zodat een steeds kleiner deel van de betaalde hypotheekrente door de overheid wordt meebetaald.

Klaar voor de toekomst?

Los van de aftrekbaarheid van hypotheekrente zijn hypotheken in relatie tot inkomen en toekomstig pensioen een attentiepunt voor B.V. Nederland. Voor hypotheken die op 1 januari 2001 bestonden, vervalt na 2031 de hypotheekrenteaftrek helemaal. De 30-jaarsperiode (uit het Belastingplan 2001) is dan immers verstreken. In de periode 2001-2013 werden in grote mate aflossingsvrije hypotheken afgesloten. Door de aftrekbaarheid van rente en het ontbreken van een aflossingsplicht, zijn dit bij uitstek hypotheken om maandelijkse lasten laag te houden. Uiteraard is er een keerzijde: na 30 jaar is de hoofdsom nog onafgelost aanwezig. Dit hoeft geen probleem te zijn, als de financiële huishouding goed doordacht is. Uit onderzoek is echter gebleken dat heel veel mensen, gesproken wordt over percentages van 50%-60%, geen idee hebben van toekomstige pensioeninkomsten en welke financiële consequenties arbeidsongeschiktheid of vroegtijdig overlijden hebben op de financiële huishouding.

Stelt u zich eens de vraag welke consequenties het regeerakkoord voor u kan hebben. Verdiept u zich eens in uw toekomstige pensioenuitkering. Misschien duurt het nog heel veel jaren voor u deze zult krijgen, maar misschien ontvangt u deze wel in deze kabinetsperiode. Als u tot de conclusie komt dat uw financiën nu in bloei staan, maar mogelijk eerder verwelkt zijn dan dat u wenst, bedenken wij graag samen met u oplossingen die werken.

Blauwdruk

Uiteraard is het regeerakkoord nu nog een samenwerkingsplan van partijen. Een blauwdruk van hoofdlijnen voor vier jaren beleid. Belastingplannen moeten nog in wetsvoorstellen worden gevat. Kamerdebatten moeten daarover nog worden gevoerd, maar één ding is mij wel duidelijk: Of de inhoud van het debat u kan bekoren of niet, saai is het in elk geval niet.